-
1 régler son compte à qn.
régler son compte à qn.iemand betalen; iemand ontslaan; 〈 figuurlijk〉 met iemand afrekenen————————régler son compte à qn. -
2 compte
compte [kõt]〈m.〉1 berekening ⇒ telling, (het) aftellen, (het) opsommen♦voorbeelden:compte rond • rond getalle compte est bon • de berekening kloptfaire le compte • de rekening opmaken, de optelling makenfaire le compte de qc. à qn. • iemand iets voorrekenencompte à rebours • (het) aftellen2 〈 figuurlijk〉 compte d'apothicaire • overdreven gespecificeerde, ondoorzichtige gepeperde rekeningun compte en banque • een bankrekeningcompte chèque postal • (post)girorekeningcompte en participation • gezamenlijke rekeningcompte des pertes et profits, compte des profits et des pertes • winst-en-verliesrekeningcompte courant • rekening-courantcompte courant postal • (post)girorekeningcompte joint • gezamenlijke rekening, en/of-rekeningpasser en compte • op de rekening boeken〈 informeel, figuurlijk〉 avoir son compte • zijn portie gehad hebben 〈 mishandeld, dood of dronken zijn〉〈 figuurlijk〉 demander son compte • zijn loon verlangen, zijn baan opzeggendonner son compte à qn. • iemand betalen; iemand ontslaanle compte n'y est pas • de rekening klopt nietil n'a pas touché son compte • hij heeft niet gekregen waar hij recht op heefty trouver son compte • aan zijn trekken komens'installer, s'établir à son compte • voor zichzelf beginnenêtre à son compte • zelfstandig zijnprendre qc. à son compte • de verantwoording op zich nemenpour mon propre compte • voor mezelfacheter pour son propre compte • voor eigen rekening kopenpour le compte de • voor rekening van, in opdracht vanmettre qc. sur le compte de qn. • iets op iemands rekening schrijven, iemand iets verwijtenrendre compte de qc. • verslag uitbrengen over iets, iets vermeldense rendre compte de qc. • zich rekenschap geven van iets, iets beseffentu te rends compte! • stel je eens voor!compte rendu • verslag, recensie, beoordelingtenir compte de • rekening houden metêtre loin du compte • ver van de werkelijkheid verwijderd zijn, er ver naast zittenà bon compte • goedkoopil s'en est tiré à bon compte • hij is er goedkoop, zonder kleerscheuren vanaf gekomenà ce compte-là • zo beschouwd, als je zo redeneert, als iedereen zo zou denkenprendre en compte • rekening houden metpour mon compte • wat mij betreftlaisser pour compte • laten zitten, links laten liggenun laissé pour compte • een door iedereen in de steek gelaten persoon; 〈 van dingen〉 een afdankertjem1) berekening, telling2) rekening3) voordeel4) rekenschap, verantwoording -
3 régler
régler [reeglee]1 betalen ⇒ regelen, vereffenen2 regelen ⇒ vaststellen, bepalen3 regelen ⇒ bij-, af-, instellen6 liniëren♦voorbeelden:régler un tir • inschietenv1) betalen, vereffenen2) regelen3) instellen4) beslechten6) liniëren -
4 justice
justice [zĵuusties]〈v.〉1 rechtvaardigheid ⇒ gerechtigheid, billijkheid2 justitie ⇒ rechtspraak, gerecht♦voorbeelden:passer en justice • voor het gerecht verschijnenpoursuivre en justice • vervolgenrendre la justice • rechtsprekense faire justice • het recht in eigen handen nemen 〈 ook〉; de hand aan zichzelf slaan 〈m.b.t. misdadiger〉f2) justitie, gerecht -
5 sort
sort [sor]〈m.〉♦voorbeelden:le sort en est jeté • de teerling is geworpentirer au sort • lotenil y a un sort sur tout ce qu'il entreprend • er rust een vloek op alles wat hij onderneemt
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский